Sociale scheidslijnen tussen groepen: Wat valt er te verklaren?
Synopsis
De sociale scheidslijnen in Nederland worden sterker: steeds meer leven we in bubbels van mensen die op ons lijken. Tenminste, dat is het beeld wat de media schetsen. Maar klopt dit wel? Niet helemaal, zo stelt socioloog Jochem Tolsma. In zijn oratie op 13 oktober in het Academiegebouw in Groningen vertelt hij er meer over.
Tekst: Beau Oldenburg
Segregatie, ongelijkheid en polarisatie vormen een bedreiging voor de samenleving. Ze tasten de sociale samenhang aan, leiden tot groepsconflicten, vormen een gevaar voor de democratie en belemmeren bovendien de economische ontwikkeling. Socioloog Jochem Tolsma doet al meer dan vijftien jaar onderzoek naar deze verschijnselen. Op 13 oktober deelt hij tijdens zijn inaugurele rede de belangrijkste inzichten die hij in de afgelopen jaren heeft verworven en gaat hij in op zijn toekomstige onderzoeksplannen.
Meer scheidslijnen?
Tolsma: “Mijn onderzoek gaat over sociale scheidslijnen tussen groepen. Helaas wordt de term sociale scheidslijnen heel rommelig gebruikt. Ik stel dat we pas kunnen spreken van sociale scheidslijnen in de samenleving als er ongelijkheid, segregatie en polarisatie tussen dezelfde groepen optreden. Ik onderzoek tussen welke groepen in de Nederlandse samenleving er sociale scheidslijnen zijn. Bijvoorbeeld tussen theoretisch en praktisch geschoolden of tussen mensen met en zonder een migratieachtergrond. Daarnaast onderzoek ik of en waarom die scheidslijnen toenemen.”
Diverse netwerken
In de media wordt een beeld van groeiende sociale scheidslijnen geschetst. Maar volgens Tolsma klopt dat beeld niet helemaal. Want hoewel hij in zijn onderzoek ziet dat de ongelijkheid toeneemt, vindt hij geen aanwijzingen voor meer sociale segregatie. “We leven wel steeds meer gesegregeerd — bijvoorbeeld in hoe we wonen, op de werkvloer en op scholen — maar dit heeft vooralsnog geen gevolgen gehad voor met wie we omgaan. Onze vriendschapsnetwerken zijn tegenwoordig niet minder gemengd dan vroeger. Er is dus wel sprake van toenemende ruimtelijke segregatie, maar niet van sociale segregatie.” Voor toenemende polarisatie is simpelweg nog geen goed bewijs volgens Tolsma. Dit ondanks dat mensen met extreme meningen steeds zichtbaarder zijn geworden in het maatschappelijke en politieke debat.
Anderen inschatten
In de toekomst is Tolsma van plan verder te duiken in de vraag hoe goed mensen elkaars standpunten kunnen inschatten. “Er wordt vaak aangenomen dat mensen op de hoogte zijn van elkaars houdingen, maar wij zijn bezig met onderzoek dat suggereert dat ze dat helemaal niet zo goed kunnen.” Uit dat onderzoek blijkt dat studenten slechts in 65% van de gevallen correct inschatten of hun medestudenten het eens of oneens met stellingen over migratie en integratie. “Ik wil graag onderzoeken waarom dat zo is. Schatten we mensen die op ons lijken beter in? Schatten we vrienden beter in dan sportmaatjes? Daar lijkt het niet op. En ik wil ook graag weten wat de gevolgen zijn. Worden relaties verbroken als gevolg van foute inschattingen? Is het zo dat mensen zich aanpassen aan hun perceptie van de houding van de ander of aan de werkelijke houding?”
Inspirerende omgeving
Sinds 1 maart is Tolsma werkzaam als bijzonder hoogleraar ‘Sociale Scheidslijnen tussen Groepen’ bij de afdeling Sociologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Dit doet hij naast zijn werk als universitair hoofddocent aan de Radboud Universiteit Nijmegen. “Groningen is natuurlijk dé plek om sociale netwerken te onderzoeken. Een inspirerende omgeving. En bovendien is het erg prettig samenwerken hier”.
Downloads
Downloads
This work is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-NoDerivatives 4.0 International License.